Nasi- en Bamigerechten

Nasi Bakar

straatkeukenNodig voor 4-6 pers:
1 pond witte pandanrijst
2 uien
2 teentjes knoflook
½ theel. sambal
1 theel. koenjit
1 klein blikje ansjovis in chiliolie
200 ml kokosmelk
2 pandanbladeren en 3 blaadjes djeroek poeroet
1 pak bananenbladeren (in de vriezer bij de toko)
100 g. ikan terie nasi
2 eetl. plantaardige olie

Nasi Bakar bestaat in vele variaties en zal je niet snel op de kaart vinden. Voor deze dampende rijstpakketjes, verpakt in bananenblad, moet je de straat op. Of bij mij komen eten! Voor mijn versie liet ik mij inspireren door de Afrikaanse matoke (gestoomde groene bakbananen uit Uganda), die op dezelfde traditionele manier bereid wordt. Gewoon op een vuurtje van hout en kooltjes, bijeengehouden door een paar bakstenen. Matoke wordt ingepakt in bananenblad en als 2e of 3e in de rij op elkaar gestapelde kookpotten gaar gestoomd. Mijn Nasi Bakar serveer ik als eenpersoonspakketjes, waarvan het bananenblad in een vierkant is geknipt, dat – eenmaal uitgevouwen – precies op een dinerbord past. Wel even een klusje, maar dan heb je ook wat!

Zo maak je het
Voorbereiding:  Snijd ui en knoflook heel fijn. Fruit ze in een lepel hete olie met sambal, koenjit en ansjovis lichtbruin, totdat de ansjovis uit elkaar valt. Als je er van houdt, kun je er nog een mespunt trassi aan toevoegen, dat versterkt de authentieke smaak. Doe de witte rijst in een pan (of rijststomer) met het uimengsel, de kokosmelk, de pandan- en djoeroek poeroet. Voeg naar smaak evt. een mespunt zout toe. Kook de rijst net niet gaar en laat afkoelen.

Bereiding: Vouw de bananenbladeren voorzichtig uit elkaar en knip ze in vierkanten, die – als ze uitgevouwen zijn – ongeveer de maat van een dinerbord hebben. Knip de harde nerf er af. Schep de afgekoelde rijst in kleine bergjes op de bananenbladeren en leg op elk bergje een halve theelepel ikan terie nasi. Vouw de pakketjes dicht als een loempia en zet de onder- en bovenkant vast met 2 kleine prikkers. Zet koel weg tot gebruik of vries ze in.

Stoom de pakketjes in 10 min gaar. Dat kan met een rijststomer, in een Chinese stoommand van bamboe of gewoon in je soeppan met een stoominzet. Serveer de pakketjes op een bord en laat je gasten ze zelf open maken. Het bananenblad mag gewoon op het bord blijven liggen. Serveer de overige gerechten naast de rijst op het bananenblad.

Nasi GorengSawah

Nodig voor 4-6 pers:
1 pond witte rijst
250 gr. magere hamlapjes en 1 speklapje
2 uien
½ theel. sambal
2 teentjes knoflook
1 mespuntje trassi
1 eetl. ketjap manis of sojasaus
1 mespunt zout
1 ei
prei, paprika en wortel
specerijen: 1 theel. korianderzaad, 1 theel. koenjit, 1 theel. kerrie djawa
verse kruiden: 3 blaadjes djeroek poeroet, 2 cm. gember, 2 cm. laos

Nasi Goreng is opgebakken rijst van de vorige dag met restjes vlees, groenten of vis en wordt beschouwd als een nationaal gerecht. Het bestaat in diverse varianten en wordt meestal als ontbijt gegeten. De Nederlanders of Indo-Europeanen serveren het als hoofdmaaltijd met een omelet, gebakken uitjes, sambal, saté met pindasaus, atjar (tafelzuur) en kroepoek. Javanen namen het mee naar Suriname, waar de Creolen er Moksi Alesi van maakten. Afhankelijk van de regio wil de samenstelling van de kruiden en specerijen nog wel eens verschillen. Chinezen kennen het als Yeung Chow Chao Fan (gebakken rijst uit Yangzhou).

Zo maak je het
Voorbereiding: Kook de witte rijst ruim van te voren net niet gaar en laat afkoelen. Fruit de ui en snijd de knoflook heel klein. Snijd het vlees in dobbelsteentjes en marineer met ketjap. Was de groenten en snijd ze alvast voor in kleine blokjes of ringetjes. Wrijf in een vijzel de specerijen fijn. Snijd de laos en gember in plakjes.

Bereiding: Bak de ui en knoflook in een grote wok met een beetje trassi en sambal. Voeg het vlees, de specerijen en de kruiden toe en bak op hoog vuur onder regelmatig omscheppen. Zodra het vlees bruin is mogen de groenten er bij. Als de groenten beetgaar zijn kan het ei op de rand gebroken en toegevoegd worden. Blijf omroeren. Zet het vuur wat lager. Maak met een vork de witte rijst een beetje los en voeg die beetje voor beetje toe aan het vlees/groente/eimengsel. Schep om totdat alle rijstkorrels een jasje hebben.